Er valt een stilte in de rechtszaal. Suleiman J., verdacht van een brute verkr*chting, draait zich om naar het slachtoffer dat achter hem op de publieke tribune zit. “Sorry voor wat ik heb gedaan.” De vrouw, zichtbaar geëmotioneerd, knikt en zegt zachtjes: “ok”.
De verdachte is tot dat moment weinig spraakzaam geweest. Als de rechter beschrijft wat er die nacht is gebeurd, zegt hij meestal niet meer dan “ja” en “klopt”. De 34-jarige Rotterdammer heeft vrijwel alles bekend, op aandringen van zijn advocaat.
Het is 8 juli 2023 als een vrouw afscheid neemt van haar vriendinnen, met wie zij op het terras heeft gezeten van een café bij het Zuidplein in Rotterdam. De 55-jarige vrouw loopt van daaruit naar huis, als zij merkt dat zij wordt achtervolgd door een man. Ze versnelt haar pas en neemt vast haar sleutels in de hand. Ze rent naar binnen en sluit de deur. Net op tijd, denkt zij.
Terwijl de man buiten tegen de deur trapt, belt zij 112 en roept ondertussen ‘ga weg’. Het is even stil en dan klinkt een harde klap. De man heeft een ruit gebroken en voordat de vrouw er erg in heeft, staat hij voor haar.
Net op tijd
Hij trekt het slachtoffer aan de haren achterover, dwingt haar zich uit te kleden en sleurt haar naar de slaapkamer. Daar verkr*cht hij haar. De vrouw had net ervoor opnieuw 112 gebeld en laat de lijn open. “Ik maak je dood”, roept hij terwijl hij op haar ligt.
Plotseling wapperen de gordijnen, lantaarns schijnen naar binnen. “Hallo, politie!” klinkt het. Vanuit hun perspectief zien zij een ontbl*te man staan en een vrouw die roept: “Deze man wil mij vermoorden, doe iets.”
Later zal zij zeggen “de politie heeft mij gered. Ik ben nog nooit in mijn leven zo bang geweest.” Ook de officier van justitie memoreert het op tijd binnenstormen van de agenten. “Je moet er niet aan denken wat er anders was gebeurd.”
Bekende
De recherche merkt vrij snel dat zij met Suleiman J. een bekende in de cel hebben zitten: hij is eerder veroordeeld voor een verkr*chting en een poging tot verkr*chting. Het toezicht van de reclassering was nog maar net gestopt.
Wat speelde er die nacht? De verdachte vertelt zowaar ietsje meer in de rechtszaal. “Mijn contract was niet verlengd en ik kwam zonder baan te zitten. Ik ging weer meer drugs en alcohol gebruiken.”
Die nacht waren het vijf á zes biertjes, XTC en GHB. Maar er speelt meer, in het Pieter Baan Centrum worden stoornissen vastgesteld. Het recidive-risico, dus de kans dat de man weer een z*dendelict pleegt, wordt ingeschat op ‘zeer hoog’. Advies daarom: tbs met dwangverpleging.
Nasleep
De officier van justitie vindt een celstraf ook gepast: de eis is vier jaar cel en tbs. ”Een nachtmerrie, traumatisch. Vre-se-lijk.” Aan het slachtoffer zou de man onder meer 40.000 euro smartengeld moeten betalen. In haar slachtofferverklaring vertelt de vrouw over de enorme impact van de zaak.
“Iedereen maakt zich zorgen om mij. Ik heb moeite met slapen en heb meerdere keren paniekaanvallen gekregen. Zijn vieze lucht heb ik nog wekenlang geroken.”
De rechter vraagt of de verdachte wil reageren op de woorden van de vrouw. “Ik weet niet wat ik moet zeggen en weet niet exact wat het haar heeft gedaan. Het is wel heel erg.” Als de rechter hem aanmoedigt de vrouw even aan te kijken, volgt de ‘sorry’.
De Rotterdammer staart voor zich en richt zich nog tot de rechter. “Ik zou niet willen dat mij of een van mijn naasten dit zou gebeuren. Ik heb nu niemand hier in de zaal. Niemand is gekomen, al mijn naasten schamen zich voor wat ik heb gedaan. Ikzelf ook.”